Balans

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Meerjarige inkoopcontracten
In de categorie niet uit de balans blijkende verplichtingen worden de meerjarige inkoopcontracten met een resterende contractwaarde van 1 miljoen euro of hoger opgenomen.

Meerjarige inkoopcontracten > 1.000.000 euro

Naast de meerjarige inkoopcontracten zijn er ook meerjarige contracten afgesloten zonder een vaste contractwaarde. Voor deze contracten werd in voorgaande jaren in onderstaande tabel opgenomen wat de uitgaven zijn geweest in het afgelopen jaar. Om beter inzicht te hebben in de verplichtingen is met ingang van het huidige jaar gekeken naar de geraamde contractwaarde. De contracten met een geraamde resterende contractwaarde van 1 miljoen euro of hoger zijn in onderstaande tabel opgenomen

Meerjarige contracten zonder vaste contractwaarde, resterende geraamde contractwaarde > 1.000.000 euro

Renteswap

 
Ten behoeve van het afdekken van het renterisico op een langlopende lening met een variabele rente (zijnde de 6-maands Euribor) heeft de gemeente Groningen een renteswap afgesloten. Op grond van dit contract dient de gemeente Groningen over de hoofdsom van de langlopende lening een vaste rente te betalen en ontvangt de gemeente Groningen een variabele rente over de hoofdsom van de Interest Rate Swap Vanilla.
Het contract kent geen verplichting om een onderpand voor de negatieve marktwaarde aan te houden (margin call). Ook is er geen sprake van een clausule waarbij de tegenpartij het contract kan opzeggen. De hedge-relatie is volledig effectief. Het betreft hier een ABN-AMRO Single A-rating met een negatieve marktwaarde van 287 duizend euro.

Gewaarborgde geldleningen

 
Verantwoording achtervang algemeen
Zoals in de vorige jaren geven we de garantieomvang voor de achtervangpositie in de waarborgfondsen aan als het totaal van de borgstellingen die de waarborgfondsen hebben afgegeven en die aan ons gerelateerd zijn. De omvang van beide waarborgfondsen samen was 2,4 miljard euro per eind 2022. Dit is niet de werkelijke garantieomvang voor ons, deze is beduidend lager. We kunnen als achtervang aangesproken worden om samen met het Rijk renteloze leningen te verstrekken aan de waarborgfondsen als hun risicovermogen onvoldoende is. Als we renteloze leningen moeten verstrekken, heeft dit invloed op onze externe schuld en rentelast.

Achtervangpositie Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)
De Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) is in 1983 opgericht met als doel de toegang tot de kapitaalmarkt voor de deelnemende woningcorporaties te bevorderen. Tegen betaling van een borgstellingsvergoeding door de betreffende woningcorporaties biedt het WSW zekerheid aan geldgevers van die woningcorporaties voor de rente- en aflossingsverplichtingen van de geborgde geldleningen. Daarvoor beschikt het WSW over meerdere buffers. De laatste buffer bestaat uit de achtervang van Rijk en gemeenten, die indien nodig het WSW voorzien van renteloze leningen. Deze renteloze leningen worden terugbetaald als het vermogen van het WSW weer op voldoende peil is. De renteloze leningen worden verdeeld volgens de verhouding 50% Rijk, 25% schadegemeenten en 25% alle gemeenten op basis van het relatieve aandeel.

Achtervangpositie Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW)
De Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) is in 1993 opgericht. Tegen betaling van een premie kan een huizenkoper (de hypotheekgever) via NHG een rentevoordeel op een hypothecaire geldlening verkrijgen en worden de financiële risico’s die samenhangen met deze lening beperkt. Het WEW beschikt hiervoor over een fondsvermogen dat is gevormd door de ontvangen premies. Indien dit fondsvermogen ontoereikend is, wordt aanspraak gemaakt op de achtervang van Rijk en gemeenten. Deze dienen het fondsvermogen aan te vullen met renteloze leningen, die door het WEW worden terugbetaald als het fondsvermogen door nieuwe premieontvangsten weer op peil is gebracht. Voor garanties die zijn afgegeven tot en met 31 december 2010 is sprake van 25% achtervang van de schadegemeenten. Aangezien er geen nieuwe leningen onder Groningse achtervang meer worden aangegaan en er op bestaande leningen wordt afgelost, zal dit bedrag jaarlijks verder afnemen.

Garantie Startersfonds Triodos
In juni 2016 heeft de raad besloten tot oprichting van een startersfonds in samenwerking met de Triodosbank. Door dit fonds worden initiatieven in de stad mogelijk gemaakt voor tijdelijk ruimtegebruik. Daardoor wordt de economische kracht van de stad versterkt. De Triodosbank verstrekt kredieten, met behulp van gemeentelijk geld worden zekerheden afgegeven.

Garanties sportverenigingen
In juni 2016 heeft de raad de regeling garantstelling leningen breedtesport vastgesteld. Deze regeling wordt uitgevoerd in samenwerking met de Stichting Waarborgfonds Sport. Onder deze regeling worden garanties afgegeven aan sportverenigingen met betrekking tot de financiering van (ver)bouw van accommodaties en dergelijke, waarbij zowel Stichting Waarborgfonds Sport als gemeente voor 50 % garant staan. De in de tabel vermelde bedragen betreffen alleen het aandeel van de gemeente in de garantstellingen.
In 2022 is onder genoemde regeling een 50 % garantie van 117.500 euro afgegeven ten behoeve van een door Stichting Beheer en Exploitatie Clubgebouwen Sportpark Kardinge aangetrokken lening voor de verduurzaming van de clubaccommodaties.

Stichting Biblionet Groningen
De garantie is door de voormalige gemeente Ten Boer afgegeven vanwege de realisatie van huisvesting van de Bibliotheek.

Stichting Elker
Deze garantie betreft de bouw van een medisch kleuterdagverblijf in Haren.

Personeelshypotheken Haren
In 2006 heeft de voormalige gemeente Haren haar personeelshypotheek portefeuille verkocht aan de Rabobank met garantie op de restant hoofdsom. In de kolom hoofdsom hebben wij de stand per 31 december 2013 (de laatst ontvangen en afgestemde opgave) vermeld. Die stand bedroeg 2,3 miljoen euro. Door de aflossingen sindsdien zal de werkelijke positie lager liggen.

Forward leningen
De gemeente heeft een forward lening aangetrokken. Het gaat om een bedrag van 35 miljoen euro dat gestort wordt in december 2025. Een deel van deze lening, te weten 25,9 miljoen euro, wordt door verstrekt aan Grondexploitatiemaatschappij Meerstad C.V.