Paragrafen

Paragraaf 3: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen in één oogopslag

Berekening weerstandsvermogen jaarrekening 2022

(bedragen x 1.000 euro)

2023

2024

2025

2026

Beschikbare weerstandsvermogen (A)

133.041

139.772

147.248

147.868

Algemene Reserve/reserve Grondzaken

66.670

72.674

79.593

79.721

 Overig weerstandsvermogen

66.371

67.098

67.655

68.147

Benodigde weerstandsvermogen (B)

97.274

102.545

104.127

117.473

  Risico grondexploitaties * waarschijnlijkheidsfactor (90%)

56.970

56.070

55.710

60.030

  Overige risico's * waarschijnlijkheidsfactor (90%)

40.304

46.475

48.417

57.443

Ratio weerstandsvermogen (A/B x 100%)

137%

136%

141%

126%

Verhouding reserves / benodigd weerstandsvermogen

69%

71%

76%

68%

Ambitie beschikbaar weerstandsvermogen op 100%

100%

100%

100%

100%

Verschil tussen beschikbaar en benodigd weerstandsvermogen

35.766

37.227

43.121

30.396

Streefwaarde verhouding reserves/benodigd weerstandsvermogen 50%

50%

50%

50%

50%

Verschil tussen streefwaarde en actuele prognose verhouding reserve/wsv

18.033

21.402

27.530

20.985

Het weerstandsvermogen laat zien of de gemeente in staat is de effecten van risico’s op te vangen. Als maatstaf hanteren we de ratio van het weerstandsvermogen. Deze geeft de verhouding weer tussen het beschikbare weerstandsvermogen (welke middelen zijn er om risico’s op te vangen?) en het benodigde weerstandsvermogen (welke risico’s lopen we?). Een ratio van 100% betekent dat er voldoende weerstandsvermogen beschikbaar is om het effect van de ingeschatte risico’s (kans * effect * waarschijnlijkheidsfactor van 90%) te kunnen opvangen.

Waarschijnlijkheidsfactor
Bij het bepalen van het benodigd weerstandsvermogen houden we rekening met een waarschijnlijkheidsfactor van 90%. Deze factor geeft weer dat niet alle risico’s zich tegelijkertijd zullen voordoen

Het beschikbare weerstandsvermogen bestaat uit een aantal bronnen waarmee het effect van risico’s kan worden opgevangen. We maken onderscheid tussen de reserves (Algemene reserve en reserve Grondzaken) en overige bronnen. De Algemene reserve (51 miljoen euro in 2023) en de reserve Grondzaken (15,5 miljoen euro in 2023) zijn hard en kunnen direct worden ingezet. Inzet van de overige bronnen (66,4 miljoen euro) vraagt over het algemeen meer tijd. Voor de inzet van de stille reserve Enexis bijvoorbeeld is eerst verkoop van de aandelen nodig en inzet van de intensiveringsmiddelen vraagt besluitvorming over verlaging van de beschikbare budgetten en aanpassing van het beleid. Gezien het belang van de omvang van de reserves maken we deze afzonderlijk zichtbaar. In het onderdeel beschikbare weerstandsvermogen geven we een toelichting op de onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen.

Het benodigde weerstandsvermogen wordt bepaald op basis van een inschatting van de risico’s die de gemeente loopt. Veruit het grootste risico ligt bij de gemeentelijke grondexploitaties en Meerstad. Dit risico bepaalt in 2023 bijna 59% van het benodigd weerstandsvermogen. Met nieuwe projecten waarover nog geen (uitvoerings)besluit is genomen houden we nog geen rekening. Pas wanneer er zekerheid is over de uitvoering, maken we een inschatting van het risico en houden we er rekening mee in het bepalen van het benodigd weerstandsvermogen. In het onderdeel benodigde weerstandsvermogen geven we een toelichting op risico’s die het benodigd weerstandsvermogen bepalen.

De ontwikkeling van het weerstandsvermogen wordt twee keer per jaar geactualiseerd: bij de begroting en bij de rekening. We willen benadrukken dat de berekening van het weerstandsvermogen geen exacte wetenschap is. Bij het bepalen van de omvang van het benodigd weerstandsvermogen worden een groot aantal inschattingen gemaakt die meer of minder goed te onderbouwen zijn. Bij de beoordeling van het weerstandsvermogen kijken we dan ook vooral naar hoe het weerstandsvermogen zich ontwikkelt.
Voor een objectieve beoordeling van de financiële situatie van de gemeente kijken we ook naar financiële kengetallen (vooral netto schuldquote en solvabiliteit). Deze kengetallen zijn gebaseerd op de omvang van de schulden en het eigen vermogen en kunnen objectief worden bepaald.

Vergelijking met de begroting 2023

Weerstandsvermogen

Rekening

Begroting

Verschil

(bedragen x 1.000 euro)

2022

2023

Beschikbare weerstandsvermogen (A)

133.041

127.625

5.416

Benodigde weerstandsvermogen (B)

97.274

100.022

-2.748

Ratio weerstandsvermogen (A/B x 100%)

137%

128%

Ambitie beschikbaar weerstandsvermogen op 100%

100%

100%

Verschil tussen beschikbaar en benodigd weerstandsvermogen

35.766

27.603

8.163

Verhouding reserves / benodigd weerstandsvermogen

69%

61%

Reserves in het weerstandsvermogen

66.670

61.385

5.285

In vergelijking met de begroting 2023 neemt het benodigd weerstandsvermogen af met 2,7 miljoen euro. Het beschikbaar weerstandsvermogen neemt toe met 5,4 miljoen euro. Dit leidt in 2023 tot een verbetering van de ratio met 9% (van 128% naar 137%). De verschillen bij het beschikbaar weerstandsvermogen lichten we toe in het onderdeel beschikbare weerstandsvermogen.

Bij het beoordelen van het weerstandsvermogen kijken we ook naar het aandeel van de reserves (Algemene reserve plus reserve Grondzaken) ten opzichte van het benodigd weerstandsvermogen. Als streefwaarde hanteren we een percentage van 50%. In 2023 zit het aandeel reserves ten opzichte van het benodigd weerstandsvermogen op 69%. In de komende jaren neemt dit naar verwachting toe tot 76% in 2025 en neemt daarna weer af naar 68% in 2026. Hierbij wordt rekening gehouden met de nu bekende toevoegingen en onttrekkingen aan de Algemene reserve en reserve Grondzaken voor de komende jaren.  

In het coalitieakkoord staat dat we het niveau van het weerstandsvermogen in stand houden. Zowel de ratio weerstandsvermogen als het aandeel van de reserves liggen de komende jaren boven de streefwaarden.

Deze pagina is gebouwd op 07/13/2023 11:52:08 met de export van 07/13/2023 11:43:16